Over het legertje van prins Bernhard.

“Met zijn plannetje om roverhoofdman te spelen voorzie ik nog vele moeilijkheden”. Met deze zin karakteriseerde de minister van Oorlog Lidth de Jeude in augustus 1944 in Londen de door koningin Wilhelmina doorgedreven benoeming van prins Bernhard tot bevelhebber van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (de BS). En de minister zou later gelijk krijgen. Door onvoldoende selectie konden allerlei figuren zich bij Bernhards legertje aansluiten. Zijn BS had namelijk een enorme werfkracht en iedere ‘goede vaderlander’ (dus geen leden van de NSB) was welkom. Onder hen waren zelfs zwarthandelaren, collaborateurs en bekeerde leden van de NSB, maar die – nu de geallieerden aan de winnende hand waren –  zich geroepen voelden om ook ‘in het verzet’ te gaan. Het aanmelden bij de BS was totaal geen probleem. Je moest bijvoorbeeld voor twee tafeltjes verschijnen. Aan het ene werd gevraagd of je een goed Nederlander was. Na het ‘ja’ kwam je bij het tweede tafeltje, waar de oranje-armband werd uitgereikt, Voor de goede orde: in mei 1945 waren er in heel Nederland circa 200.000 BS’ers, terwijl het aantal werkelijke verzetsstrijders nooit meer dan circa 40.000 mannen en vrouwen had geteld. Voor veel echte verzetsmensen leek het of ineens iedereen in het verzet had gezeten. Daar hadden ze al die voorgaande jaren nooit iets van gemerkt………… En op 7 mei 1945 ging het op de Dam in Amsterdam goed mis met Bernhards ongedisciplineerde legertje (klik hier voor meer bijzonderheden).

02BennoBS

Zie ook: De Oranjegestapo van de Prins.

Gerard