Wilhelm A. Bos uit Vlagtwedde was tijdens de Duitse bezetting als wachtmeester van de Arbeits Kontrole Dienst in Emmen belast met de opsporing van mannen die zich onttrokken hadden aan de Arbeitsinsatz. Door diens toedoen werden honderden mannen gearresteerd. Velen belandden in Duitse concentratiekampen, waaruit zij nimmer terugkeerden.
Na de bevrijding werd Bos medio mei 1945 gearresteerd en opgesloten in een NSB-kamp in Boertange, maar wist kort daarna te ontsnappen naar Duitsland. Op 8 maart 1949 werd hij alsnog bij verstek ter dood veroordeeld.
Mr Schrager, de advocaat-fiscaal bij het bijzonder gerechtshof in Assen, noemde Bos destijds één van de grootste Nederlandse misdadigers wiens dossier druipt van het bloed.
In juli 1978 ontdekten twee journalisten van de Winschoter Courant de verblijfplaats van de inmiddels 74-jarige Wilhelm Bos. Hij bleek te wonen in Hattingen, een stadje in Duitse Ruhrgebied. Maar ze ontdekten ook dat Bos al 9 jaar lang vanuit Nederland zijn AOW per postwissel toegestuurd kreeg. Dit ondanks dat hij nog steeds in het opsporingsregister van Justitie als voortvluchtige, ter dood veroordeelde, oorlogsmisdadiger te boek stond.
Ter voorbereiding van uitlevering aan Nederland heeft de Assense officier van Justitie mr. Van Oldebeek daarna Duitsland nog om de aanhouding van Wilhelm Bos gevraagd, maar daaraan werd door het ministerie van Justitie in Bonn geen gevolg gegeven. De reden van het Duitse besluit was dat Bos in Nederland was veroordeeld en in Duitsland geen strafbare feiten had gepleegd. Volgens Bonn was deze dubbele strafbaarheid een eerste voorwaarde in het internationale uitleveringsrecht.
Naar aanleiding van vragen van het toenmalige Tweede Kamerlid Ineke Haas-Berger, antwoordde de minister van Justitie De Ruiter dat Bos ook zijn recht op AOW behield. Volgens de door de sociale wetgeving gestelde eisen had iedere Nederlander, ongeacht zijn strafblad, op zijn 65ste jaar recht op AOW. Mits er natuurlijk premie was betaald. En dat had Wilhelm Bos sinds de invoering van de AOW op 1 januari 1957 iedere maand gedaan. En hij bleek ook nog zijn Nederlandse staatsburgerschap te hebben behouden.
Saillant detail is dat uit het antwoord van minister de Ruiter tevens is gebleken dat diens voorganger Van Agt al twee jaar eerder, dus in 1976, op de hoogte was over de verblijfplaats van Wilhelm Bos in Duitsland en het feit dat hij daar een AOW-uitkering kreeg.
Gerard
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.